Als diëtist ben ik altijd online aan het struinen naar de lekkerste recepten, de interessantste literatuur over voeding en de leukste trends binnen mijn vakgebied. Heerlijk om nieuwe ideeën op te doen, maar helaas kom ik ook steeds vaker uit-de-kluiten-gewassen-broodje-aap verhalen tegen. Natuurlijk marketing technisch meer dan briljant, maar zo ontzettend onjuist! Daarom vier fabels over voeding op een rij en bijpassende onderbouwing.
Fabel numero uno; Natuurlijke suikers zoals honing, agavesiroop en kokosbloesemsuiker, zijn gezonder dan biet- of rietsuiker
Alle suikers, ook natuurlijke suikers, bestaan uit sucrose, fructose en glucose. Vooral het laatste deel van deze woorden –ose, is een belangrijk onderdeel. Dit duidt namelijk op suiker. Je lichaam herkent dit dan ook allemaal als dezelfde stof en maakt geen onderscheid in de opname en verwerking hiervan. Nou worden de veronderstelde gezondere natuurlijke suikers ook vaak gekoppeld aan de extra vitaminen en mineralen die deze producten zouden bevatten, helaas zijn dit slechts sporen en om voldoende van die mineralen en vitaminen binnen te krijgen via deze zoetmiddelen moet je er heel veel van eten. Maar de grote hoeveelheid de suikers die je dan van het product zou moeten nemen is ongezonder voor het lichaam dan de bijdrage aan vitaminen en mineralen die het levert.
Fabel nummer 2; Het is goed om zo min mogelijk vet te eten.
Bij veel diëten worden alle voedingsstoffen drastisch naar beneden gebracht. Daarmee bedoel ik zowel de koolhydraten, eiwitten als vetten. Maar vetten zijn absoluut onmisbaar in ons voedingspatroon. Niet alleen hebben ze een goede werking op de stoelgang, maar ook worden vitamine A, D, E en K in ons lichaam opgenomen onder invloed van vet. Vitamine A, D, E en K staan daarom ook bekend als de vetoplosbare vitamines. Welk vet je tot je neemt is wel van belang. Maak vooral gebruik van natuurlijke vetten, uit bijvoorbeeld olijfolie, avocado en vette vis als zalm, haring en sardines.
De reden dat vetten soms wat negatief in het daglicht staan is vanwege de invloed die de zouden hebben op je cholesterol. Nou is dat nogal discutabel, steeds meer wetenschappelijke onderzoeken wijzen uit dat dit voor vetten uit natuurlijke levensmiddelen helemaal niet het geval is. Ook leveren vetten meer calorieën per gram en daardoor worden ze vaak als negatief gezien. Zo leveren vetten 9 calorieën per gram en voor koolhydraten en eiwitten ligt dit op 4 calorieën per gram.
Fabel 3: In plaats van groente kan ik net zo goed een vitaminepil nemen.
Ik weet het, de verleiding is groot! Een vitaminepil nemen, omdat je avondmaaltijd niet bepaald in het voorkeursrijtje stond. Maar altijd een vitaminepil nemen in plaats van je groente en fruit? Nee, dat werkt niet! De opname van vitamines uit een pil verloopt vaak anders en/of minder goed dan uit voeding. Daarnaast bevatten groenten en fruit nog veel meer stoffen die je lichaam nodig heeft. Wat dacht je namelijk van vezels voor de stoelgang! Een vitaminepil is dus geen goede vervanger voor het eten van groente en fruit. Wel kan het een goede aanvulling zijn op je dagelijkse voeding.
Fabel 4; Light producten zijn altijd gezonder
Niet altijd. Light is vaak een handig trucje van de industrie om producten aantrekkelijker te maken. Het verschil zit in het vervangen van voedingsstoffen. Klinkt vaag? Bij fabel nummer 2 gaf ik al aan dat er een verschil zit in het aantal calorieën dat vetten, koolhydraten en eiwitten leveren. Neem bijvoorbeeld pindakaas. Eén portie gewone pindakaas levert 100 kilocalorieën, en 1 portie light pindakaas 86. In de light versie is een deel van de (gezonde) vetten vervangen door koolhydraten oftewel suiker! Geen reden dus om pindakaas light te kiezen. Daarbij hebben light producten vaak compenserend gedrag tot gevolg, omdat je het ene product light kiest wil niet zeggen dat het andere volvet kan en mag zijn, of dat je er daardoor extra van kunt eten.
div> div> div>